Winschoten
In het kader van dat ik de rijksmonumenten van Winschoten eens bij elkaar schraap en toon, nu deze:
Inleiding
WOONBLOK bestaande uit vier woningen en een sociëteitsgebouw met bovenwoning, gebouwd in 1906 door en in opdracht van Ybele Jelsma uit Groningen. De woningen zijn opgetrokken in een Overgangsarchitectuur met Art-Nouveau elementen en verschillen van elkaar in detaillering en materiaalgebruik. In de loop der jaren hebben de woningen diverse wijzigingen ondergaan, waardoor met name de achterzijden nogal zijn aangetast. In 1960 is onder andere woonhuis nummer 8 verbouwd en uitgebreid, in 1979 is nummer 12 verbouwd tot dameskapsalon en het sociëteitsgebouw is in de jaren vijftig verbouwd tot kerk. Het aanzicht van de panden verkeert echter in vrij gave staat.
Het woonblok bepaalt het straatbeeld tezamen met soortgelijke woonblokken. Dit blok springt er echter uit door zijn variatie aan detaillering en materiaalgebruik. Het is direct aan de straat gelegen en geeft de straat een stedelijk karakter.
Omschrijving
Twee bouwlagen hoog WOONBLOK opgetrokken in diverse soorten baksteen met alleen aan de voorzijde een iets uitspringend trasraam van donkere klinkers afgezet met een geglazuurde rand. Het samengestelde afgeknotte dak, gedekt met een roodbruin geglazuurde tuile du Nord (woonhuis nr. 14 is later voorzien van een zwart geglazuurde verbeterde Hollandse pan), heeft een goot op klossen. Onder de goot van de voorgevel een fries van muizetand in rode baksteen of verblendsteen.
WOONHUIS (nr. 8) heeft een voorgevel (noordoost) met zijrisaliet, opgetrokken in een witte verblendsteen met natuurstenen gevelbanden. De achter (zuidwest)- en zijgevel (zuidoost) zijn opgetrokken in rode baksteen. In de voorgevel met een fries van rode muizetand en witte verblendsteen, twee H-vensters met drieruits bovenlicht met gekleurd glas-in-lood en bruin geglazuurde onderdorpels. Op de verdieping twee openslaande vensters met een bovenlicht met roedenverdeling en getint glas, en donker geglazuurde onderdorpels met natuurstenen hoekstukken. In het dakvlak erboven een houten dakkapel met lessenaarsdakje en een dubbel zesruits venster. Het doorgetrokken zijrisaliet heeft een tentdak met piron en houten overstek. In het risaliet de hoofdentree, bestaande uit een paneeldeur met deurlicht met kijkgat van getint glas, een drieruits bovenlicht met gekleurd glas-in-lood en twee zijlichten met gekleurd glas-in-lood, natuurstenen stijlen en lateien, en halfsteens rollagen van verblendsteen en rode steen. Erboven een openslaand venster met bovenlicht met roedenverdeling en getint glas; in de top een openslaand venster met vierruits bovenlicht en getint glas, onder een natuurstenen latei. De vensters op de begane grond en de eerste verdieping hebben alle een natuurstenen latei en een halfsteens rollaag van afwisselend witte en rode steen.
De zijgevel (zuidoost) is blind. De achtergevel is wegens de jongere aanbouw en de vele wijzigingen voor de bescherming van ondergeschikt belang.
In het INTERIEUR zijn onder meer van belang: in de gang het stucplafond met rozet; de houten trap met decoratieve ronde trappalen en leuning met houten stijlen en handlijst. In het voorportaal de granito vloer; de crème tegellambrizering; het stucplafond met rozet; de blinde gepleisterde segmentbogen in de zijwanden. In de kamers op de begane grond de stucplafonds met rozet met art-nouveau motieven. In de kamer op de verdieping de twee roze-grijs geaderde schouwen.
WOONHUIS (nr. 10) heeft een voorgevel opgetrokken in bruine bezande baksteen met gepleisterde gevelbanden. De hoofdentree bevindt zich onder een doorgetrokken geveldeel met steekkap met tuitgevel en gepleisterd opklimmend fries. De hoofdentree bestaat uit een paneeldeur met boven- en zijlichten van glas-in-lood met roeden, samengevat onder een gepleisterde latei met rollaag van afwisselend witte en donkere steen. Boven de entree een openslaand venster met vierruits bovenlicht. Tussen de entree en dit venster een rechthoekig vlak gemarkeerd door gepleisterde hoekstenen en opstaande geglazuurde bakstenen randen. In de top een openslaand venster met halfrond drieruits bovenlicht onder een halfsteens rondboog van witte steen, donkere steen en gepleisterde aanzetstenen. Onder de geglazuurde onderdorpels van beide vensters een rand muizetand in kalkzandsteen.
Rechts van de entreepartij een driestrooksvenster met glas-in-lood bovenlichten (de middelste met roeden), samengevat onder een gepleisterde latei en een halfsteens segmentboog van witte en donkere steen. Erboven een driestrooksvenster met in het midden een iets hoger, openslaand venster, glas-in-lood bovenlichten, gepleisterde lateien en rollagen van witte en donkere steen. In het dakvlak een dakkapel onder lessenaarsdak met een dubbel venster. De achtergevel is vanwege de wijzigingen voor de bescherming van ondergeschikt belang.
In het INTERIEUR zijn onder meer van belang: in het voorportaal de granito vloer; de dubbele tochtdeuren (met niet origineel glas-in-lood) met boven- en zijlichten van geëtst glas in art nouveau motieven; het stucplafond; de blinde gepleisterde segmentbogen in de zijwanden. In de gang beneden de granito vloer; de houten trap met decoratieve trappalen, en leuning met decoratieve stijlen en handlijst.
WOONHUIS (nr. 12) heeft een voorgevel opgetrokken in een rode baksteen met geverfde (niet origineel) gevelbanden. De hoofdentree bevindt zich onder een doorgetrokken geveldeel met steekkap met houten beschot in top en strakke windveren. De hoofdentree bestaat uit een deur (niet origineel) met boven- en zijlichten met glas-in-lood en roedenverdeling, samengevat onder een later geverfde getoogde strek met boogtrommel van witte en rode steen en later geverfde aanzetstenen; een natuurstenen stoep. Boven de entree een openslaand venster met bovenlicht met roedenverdeling onder een getoogde strek van rode baksteen met later geverfde accenten en aanzetstenen. In de top een staand venster (vernieuwd).
Rechts van de entreepartij twee H-venster met drieruits glas-in-lood bovenlichten, onder een later geverfde getoogde strek met boogtrommel van witte en rode steen, en later geverfde aanzetstenen. Erboven twee openslaande vensters met bovenlichten met roedenverdeling, onder een strek van rode baksteen met later geverfde accenten en aanzetstenen. In het dakvlak een dakkapel onder lessenaarsdak met een dubbel venster. De achtergevel is vanwege de wijzigingen voor de bescherming van ondergeschikt belang.
In het INTERIEUR zijn onder meer van belang: in het voorportaal de dubbele tochtdeuren met boven- en zijlichten van geëtst glas in art nouveau motieven; het stucplafond; de blinde gepleisterde segmentbogen in de zijwanden. In de gang de houten trap met decoratieve trappalen, en leuning met decoratieve stijlen en handlijst; de in de wand bevestigde porseleinen wasbak met afbeeldingen van paradijsvogels en florale motieven in blauw, vervaardigd bij Cauldon Works, Stoke-on-Trent, England. In de kamer beneden de zwart marmeren schouw; de stucplafonds met art nouveau rozetten. In de kamers op de eerste verdieping de dubbele suitedeuren (paneel) met deurlichten van blank glas-in-lood; de zwart marmeren schouw; het stucplafond met art nouveau rozet; de schuifdeuren naar de serre.
WOONHUIS (nr. 14) heeft een voorgevel opgetrokken in bruine bezande baksteen met natuurstenen gevelbanden. De hoofdentree bevindt zich onder een doorgetrokken geveldeel met plat dak. De hoofdentree bestaat uit een paneeldeur met gebogen drieruits bovenlicht met glas-in-lood en twee rondboog zijlichten met roedenverdeling en glas-in-lood, alle onder een natuurstenen getoogde strek en aanzetstenen, en een rollaag van afwisselend witte en donkere steen. Tussen deur en zijlichten natuurstenen stijlen. Boven de entree een venster met gebogen bovenlicht met decoratieve roedenverdeling, en in de top twee kleine vensters met gebogen drieruits bovenlicht, alle onder een segmentboog van donkere steen met witte accenten en natuurstenen aanzetstenen.
Rechts van de entreepartij drie H-vensters met glas-in-lood bovenlichten (de middelste met roeden), onder natuurstenen lateien en een halfsteens rollagen van witte en donkere steen. De vensters worden gescheiden door iets uitspringende smalle muurdammen, die doorlopen tussen de drie verdiepingvensters erboven, met in het midden een openslaand venster. Deze drie vensters hebben een gebogen bovenlicht met decoratieve roedenverdeling onder een segmentboog van donkere steen met witte accenten. Onder de geglazuurde onderdorpels van de verdiepingvensters een rand muizetand in witte steen. In het dakvlak een dakkapel (niet origineel). De achtergevel is vanwege de wijzigingen voor de bescherming van ondergeschikt belang.
In het INTERIEUR zijn onder meer van belang: in het voorportaal de dubbele tochtdeuren met boven- en zijlichten van geëtst glas in art nouveau motieven; het stucplafond; de blinde gepleisterde segmentbogen in de zijwanden. In de kamers de zwart marmeren schouwen.
Het voormalig SOCIËTEITSGEBOUW met BOVENWONING (nr. 16) heeft een voorgevel opgetrokken in een witte verblendsteen met gevelbanden van natuursteen en rode baksteen. De achter (zuidwest)- en zijgevel (noordwest) zijn opgetrokken in rode baksteen. In de voorgevel met een fries van rode muizetand, een driezijdige erker met in het midden een driestrooksvenster en aan weerszijden een H-venster, alle met bovenlicht met gekleurd glas-in-lood en roedenverdeling, en natuurstenen latei. Boven de erker schuin aflopend dakje met in het midden een natuurstenen balkon met hek bestaande uit twee natuurstenen hoofdpijlers en houten balusters met handlijst. Uitkomend op het balkon openslaande deuren met deurlichten met decoratieve roedenverdeling, en boven- en zijlichten met roedenverdeling, alle onder een natuurstenen latei en halfsteens rollaag van rode en verblendsteen. Erboven een doorgetrokken geveldeel onder een steekkap met strakke windveren. In dit geveldeel rode metseldecoratie en een driedelig venster, in het midden openslaand, samengevat onder een driedelig gebogen bovenlicht met roedenverdeling, en een segmentboog van rode en verblendsteen.
Links in de voorgevel de hoofdentree, bestaande uit een paneeldeur met boven- en zijlichten met gekleurd glas-in-lood en roedenverdeling, afgesloten door een natuurstenen latei; boven die van het bovenlicht een rollaag in rode en verblendsteen. De entreepartij heeft natuurstenen kozijnen. Boven de entree een openslaand venster met bovenlicht met roedenverdeling onder een natuurstenen latei en halfsteens rollaag in rode en verblendsteen; onder de onderdorpel een muizetandrand in rode baksteen. Hierboven een doorgetrokken geveldeel onder een lessenaarsdakje met een openslaand venster onder een rollaag in rode en verblendsteen.
De zijgevel (noordwest) en de achtergevel zijn wegens de vele wijzigingen voor de bescherming van ondergeschikt belang.
In het INTERIEUR zijn onder meer van belang: in de benedenzaal de paneeldeuren met decoratieve architraven; de houten lambrizering. In de kamers op de verdieping de twee zwart marmeren schouwen.
Waardering
WOONBLOK bestaande uit vier woningen en een sociëteitsgebouw met bovenwoning van algemeen belang vanwege cultuur-, architectuurhistorische en stedenbouwkundige waarde
- als voorbeeld van een woonblok uit 1906 in een Overgangsstijl met Art Nouveau elementen
- vanwege de opvallende en afwisselende detaillering en het materiaalgebruik
- vanwege het stedelijke aanzien dat het blok de straat geeft
- vanwege de beeldbepalende ligging
- vanwege de typologische zeldzaamheid in de provincie Groningen
vijftien reacties
in zo’n straat voel je je veilig en geborgen, ik zou best aan de overkant willen wonen om er dagelijks van te genieten. Is er een overkant, en is die ook zo mooi?
Vreemd deze morgen kon Ollie niet op jou blog komen , vreemd thuis direct .
Wanneer je zo iets beschrijft betekend dat je interesse voor hebt .Zandsteen is voor ons meer in het zuiden ,Wallonië.ollie kent ambtshalve elke soort grondlaag en waar het in ons land bevind .
Maar gebouwen in zandsteen zijn schitterend mooi , klasse apart !
Knappe blog bouwsmurf !
Zo, een college architectuurgeschiedenis! Mooi om te zien die oude gevels. Ik fiets en wandel ook graag door oude buurten maar woon in een nieuwbouwwijk (helaas).
Ik houd hier wel van en ben er een voorstander van dat dit bewwaard blijft, maar wel als woningen! In dokkum is bijna zo’n identieke straat.
Ha Rene,
Herkenbaar, zo zie nog het echte bouwen terug.
Deze wijken moeten gekoesterd worden.
Doet me denken aan mijn oude buurt in Krommenie waar ik ben geboren en getogen.
Ot. Je verzoekje staat genoteerd voor de volgende show, een prima nummer.
De shows staan allemaal op: http://www.wir-3.com/
Ja, ziet er heel mooi uit. Eerlijkheidshalve moet gezegd worden, dat ik niet de hele tekst hier gelezen heb; is wat lang. Maar de huizen zijn er niet minder fraai om.
Ik kon gisteren weer maar eens niet op je blog René, zoals blijkbaar veel gebeurt op maandag. Gelukkig is alles weer OK nu, want ik ben blij met dit log én het knap stukje architectuurgeschiedenis dat je ons hier weer voorschoteld!
Wauw , in dit soort huizen wil ik wel wonen , onbetáálbaar natuurlijk ! Maar zo te zien zijn ze nog gewoon bewoond .Ook in Den Haag zijn nog wel van dit soort mooie panden maar die zijn meestal in gebruik voor zakelijke bestemmingen omdat het niet meer op te brengen is er gewoon in te wonen !
prachtig woonblok, rs, dat dit jaar z’n honderdenvijfde verjaardag viert!