Het ministerie van Justitie en Veiligheid , voorheen Veiligheid en Justitie, heeft de appjes tussen Halsema en Grapperhaus openbaar gemaakt op verzoek van de PVV.
En dat zijn me toch een prachtige teksten die even tevoorschijn komen. Die Femke is een pittige tante, en gelijk heeft ze.
Afgeven op elkaar via de media is een spel, en meestal komen we er toch niet achter hoe het precies zit, maar dit is echt het behouden waard.
Een stemwijzer helpt je bij een keus maken waar je op kan stemmen, maar je ziet er niks van terug in het uiteindelijk beleid. Woningcorporaties kan je niet op stemmen, en die hebben meer macht dan een gemeente, en toch stond deze stelling er tussen:
De gemeente moet met woningbouwcorporaties afspreken om meer sociale huurwoningen te bouwen.
Absoluut. Als er vraag naar is, en die is er, voldoe er dan aan. Bouwen dus!
En ik voeg er even aan toe dat ze drugsflats drugsvrij moeten maken, zoals het ook eens was, en zoals ze bedoeld zijn, en niet tijd gaan rekken, dat verlengt het probleem.
Dit is geen Ronflonflonsong, maar iets anders. Een beetje saai wel, en daarbij heb ik een uitermate boeiend fietstochtje gefilmd, vertrekkend vanaf thuis en dan de stad uit via het industiegebied, richting het oosten naar de Winschoterzijl, maar dat haal ik niet. Het lied is eerder afgelopen en dan stopt het fimpje ook.
Ik heb wel verder gefilmfietst, toen mocht dat nog, en die beelden ziet u dan weer als ik een volgend lied plaats.
Winschoten maakt zich op voor pinkstermaandag, dan mogen de terrassen weer open, mits men zich houdt aan de voorschriften. Dus mijn uitzicht is alweer iets veranderd. Ik moest naar beneden om te kunnen lezen wat er staat.
Op het station zijn allemaal nieuwe stoeptegels waarvan ik enkele vastlegde.
Er zijn ook tegels met dat men rechts moet houden, dat vertel ik er even bij.
Terug naar het Marktplein, tafels en stoelen staan klaar, precies achter de bomen.
Ook hier voor onder allemaal tafels en stoelen, precies in de schaduw van de bomen.
De sportschool Ultimate Gym heeft zijn spullen buiten staan, en dat maakt de boel erg levendig, nieuw daar is het windscherm.
Twee karakteristieke panden aan de Blijhamsterstaat in Winschoten worden alsnog van de sloopkogel gered. Het college van de gemeente Oldambt draait haar besluit terug.
Ruim een jaar geleden ontstond er in Winschoten ophef over het voornemen om de bewuste panden in hartje Winschoten te slopen. Erfgoedvereniging Heemschut wees het college er op dat beide panden op de lijst van karakteristieke panden staan.
Absurd dat het eerst niet te redden valt en dan uiteindelijk dus toch weer wel. Door dat soort mensen wordt Winschoten dus bestuurd, de portemonnee is belangrijker dan de oude binnenstad.
Helaas staat er nog wel meer leeg, het oude Arbeidsburo, het oude politieburo op het Marktplein, de voormalige apotheek aan het Boschplein, het oude postkantoor, maar de voormalige gevangenis en bibliotheek zijn inmiddels wel pleite. En de brandpanden in de Moushorn, ook akelig, net als de weerskanten van de Stikkerlaan zoals het oude ziekenhuis, enzovoort.
Dankzij de mondhygieniste ben ik aan het flossen geslagen, met borstels, dusdanig dat eind vorig jaar een vulling los raakte en wat tand meenam. Ik had een groot gapend gat, maar gelukkig niet pijnlijk. En als het niet pijnlijk is bel ik niet, en dat is maar goed ook, want begin dit jaar was het precies aan de andere kant raak. Dit gat was vervelender want er zat een scherpe rand aan. Niet zozeer vervelend voor de tong, die kan ik redelijk in bedwang houden, maar meer vervelend voor voedselresten. Rechtsboven en linksonder, altijd raak, niet omheen te kauwen. Het liefst wilde ik al tijdens het eten de gaten leegpeuteren, maar als ik met anderen at deed ik dat na afloop, met een tandenstoker.
Onlangs moest ik al voor controle naar de mondhygieniste en dit keer werden mijn gaten gevuld door de tandarts.
Hedenmorgen vroeg was ik als eerste klant bij de tandarts, ik zag nu wel het groene licht en ging naar binnen. Er zat niemand achter de balie, dus ik ging na het ophangen van mijn jas en het ontsmetten van mijn handen maar weer zitten. Er liepen al wat medewerkers rond, die groette ik, en er kwamen andere klanten, die groeten ook. Ik hoorde nog een gesprek aan tussen twee kennissen, en op een gegeven moment werd ik opgeroepen.
Een nieuwe tandarts, hij stelde zich voor, maar handen werden niet geschud. Eerst weer een minuut spoelen, maar dit keer terugspugen in het bekertje, en niet in de spoelbak zoals vorige keer. Omdat het meteen twee gaten waren vernam ik dat wel in mijn rug. En ik kreeg ook jeuk aan mijn neus. Maar dapper doorstond ik alles. Natuurlijk wel gebruik makend van de beste uitvinding ooit: verdoving.
Ik hoorde duidelijk geen radio, en mag in november terugkomen voor de volgende controle. En ik hoef niet meer na elke hap met een stokje de gaten leeg te pulken, wat leven we toch in een fantastische tijd op een schitterende plek.