Vos en Vesuvia in Volle Vaart was de titel van het theaterprogramma waarmee Jan Vos en Etna Vesuvia door het land toerden, ze deden toentertijd Winschoten aan op een witte donderdagmiddag en had ik gewoon school, dus om hun te zien toog ik later in mijn leven naar de stad Groningen om ze aldaar in het noorderplantsoen tijdens het Noorderzonfestival te horen en te zien, en ze begonnen met dit nummer.
En de beelden die u ziet zijn van Quandy die een koepens opsmikkelt.
Volle vaart, volle vaart, volle vaart, volle vaart. In volle vaart vliegt alles voorbij, niks en niemand wordt gespaard. Volle vaart, volle vaart. In volle vaart wordt er van alles wat wordt vergaard niks bewaard. Denk maar niet het loopt niet zo`n vaart, alles gaat verloren gaat van de kaart. Volle vaart, volle vaart.
Zolang ie draait is het de gewoonste zaak van de wereld op deez aard dat er overal en altijd wordt gepaard. Vaak gaat het mis maar het is ook nogal eens raak. En dat wat daar dan van komt dat dat niet alleen maar vreugde maar ook zorgen baart. Dat de één het een groot wonder vindt en de ander het de moeite niet waard. En dat wordt algemeen aanvaard.
Uit de schoot geworpen in de wieg gelegd ieder jaar meer kaarsjes op je taart en je krijg praats en je roert je staart. Wordt uit de school geklapt en de waarheid gezegd. En wat je verder ook mag doen je maakt er niks van of je wordt wereldvermaard. Het is voorbij en wordt vergeten als je tenslotte wordt opgebaard. En dat wordt algemeen aanvaard.
Wat ik het allerliefste doe is fijn wandelen met Quandy.
Beetje wel zeer merkwaardige gebruiksaanwijzing. Er staat haast gedicteerd wat te doen, en het eindigd met iets wat je dan weer juist niet moet doen. (er zou ook "neem uw bon" kunnen staan.)
De koekoekstunnel in het Sterrebos is nog steeds in onderhoud, het is dan ook nog lang geen eind november.
Er volgt nu een serie Sinterklaasetalages. Vorig jaar bij de HEMA alleen maar Sinterklaasjes en geen enkele Piet, nu zijn de Pieten terug.
Ik stond even voor het verkeerslicht te wachten en zag dit bord, daar hebben ze nog niet verderfelijke Bad voor Nieuweschans gezet. En je kan via meerdere wegen naar Winschoten toe en op meerdere kanten binnenkomen.
Zwarte Piet ontbrak niet in Winschoten.
Ook heel mooi, zo kan men zelf invullen wat men ziet.
Ook heel mooi. Dat kan ik wel bij elke foto zeggen, want anders zet ik het er niet op natuurlijk.
Wat lijkt het nog maar kort geleden, en dat is natuurlijk ook zo.
Precies een jaar nadat het regenboogzebrapad ingekleurd werd verscheen er dit bordje.
De politie geeft opnieuw een zogenoemde coldcasekalender uit. Op deze kalender staan 52 onopgeloste misdaden, waaronder vier zaken uit Groningen en één uit Winschoten: de moord op Sietze Grave.
Tja, in Winschoten kan je dus niet rijden met een loskoppelbare trekhaak want toen kreeg ik een bekeuring, maar iemand vermoorden en er mee wegkomen gaat uitstekend hier. Een week later vloog er een helycopter in de lucht om te kijken wat de vluchtroute zou kunnen zijn.
En nu staat dhr Grave dus op een kalender, tussen allemaal andere onopgeloste gruwelijkheden. Het is de bedoeling dat gevangenen deze kalender gaan inzien en er betere mensen van worden en gaan klikken.
Ik ben het niet altijd eens met Dominee Gremdaat. Maar hier kan ik me goed in vinden.
Zwarte Piet is nog steeds niet racistisch, maar hoeft wat mij betreft ook niet zwart te blijven.
Johan Derksen ken ik alleen van de radio, hij verving Jan Donkers wel eens in de nachten op de VPRO. Wat hij op tv doet volg ik niet, want ik blief geen commerciele televisie.
Geen Stijl volg ik ook niet, maar al die aftakkingen van de Telegraaf juich ik toch niet toe, ze zitten al tot in de publieke omroep toe, met alle gevolgen van dien. Geld geven aan criminelen en zendtijd verputsen wat veel beter besteed kan worden.
Sylvana Simons, ik begrijp haar niet. Sunny Bergman, jammer dat ze de politiek in gaat, maar ze zal vast vinden dat ze daar beter op haar plek is.
En inmiddels is Camiel Eurlings afgetreden, dat wist Gremdaat op de derde januari al. Maar met Boef kreeg hij zijn zin.
Ik heb even een vraag voor de automobulisten onder u, maar eerst schets ik even de situatie.
Ten noorden van Winschoten bevindt zich het drukste verkeersknooppunt van de provincie, een rotonde genaamd de Blauwe Roos.
Als men Winschoten uit komt aan die kant komt men eerst op een rotonde, waar de oostelijke rondweg ook op aansluit, en de carpoolplaats en er is een aansluiting over de brug over het Winschoterdiep naar de BLauwe Roos.
De Blauwe Roos is een rotonde waar dus al het verkeer van en naar Winschoten op aansluit, alsmede de op- plus afrit van snelweg A7 en nog twee wegen die gaan naar Finsterwolde/Blauwestad en Beerta/Drieborg.
Kortom, een drukte van belang. Helemaal als de brug over het Winschoterdiep scheepvaartverkeer voor moet laten gaan, dan staat alles muurvast. Maar ook als het wat drukjes is wil het nog wel eens vastlopen.
Heel af en toe wil het wel eens voorkomen dat ik ineens tussen de drukte moet navigeren. Wat me dan opvalt, en ook ergert is dat mensen dan ineens gaan ritsen.
Het verkeer op de rotondes heeft voorrang, de mensen die er op willen moeten wachten voor haaientanden. Dat lijkt mij volkomen duidelijk. En toch wil men daar ritsen, telkens laten auto`s op de rotonde er een auto tussen die achter de haaientanden zou moeten wachten. Het is zelfs zo erg dat de wachtenden gewoon voorrang nemen als ze denken aan de beurt te zijn.
Levensgevaarlijk, en bloedirritant.
Of zit ik er naast? Volgens mij werkt dat de doorstroming alleen maar tegen als er telkens wat tussen moet.
Nu mijn vraag aan de automobulisten onder u. Hoe kijkt u hier nou tegenaan?
Ritst u ook als u in een soortgelijke situatie terechtkomt of houdt u zich aan de regels?
Ik vind het niks, dat ritsen, en het liefst laat ik er ook niemand tussen, maar ik wil ook geen deuk. En als ik toevallig achter de haaientanden sta en een rotonderijder wenkt mij dat ik er voor mag dan ben ik ook weer niet zo principieel dat ik blijf staan.
Het is de omroep met de minste bekende Nederlanders per strekkende meter die laat zien wat we altijd al wisten en er lijkt vooralsnog voorlopig nog steeds maar geen einde aan te komen. We worden doodgegooid met bekende Nederlanders, nu dus ook weer eens op de VPRO.
In het programma Wetenschap Havermoutpap gaat het deze keer over beïnvloeden. Uit onderzoek is gebleken dat een mens iedere dag 1500 reclameuitingen te verwerken heeft, maar wanneer kopen we iets en wanneer niet? Hoe overtuig je omstanders bijvoorbeeld tot het kopen van een stukje brie? We testen drie verschillende opties: een marktkoopman, een sexy dame en een brie die wordt aangeraden door Ivo Niehe.
Over Wetenschap Havermoutpap: Pieter Hulst gaat op zoek naar wetenschappelijk bewezen methoden waarmee we onze grote liefde kunnen veroveren. Aan de hand van verschillende experimenten bekijkt hij welke tactieken het beste werken in de jacht op de liefde. Wat bepaalt ons gedrag? De jonge psycholoog Pieter Hulst gaat op zoek naar antwoorden in de nieuwe VPRO-serie Wetenschap havermoutpap. Op basis van zuiver wetenschappelijk onderzoek, maar mét de nodige dosis humor en relativering, ontrafelt hij in vier afleveringen steeds een wezenlijke vraag met betrekking tot dat wat iedereen het meeste aan het hart gaat: onszelf.
Het programma is inmiddels al weer afgelopen en of er een vervolg komt weet helemaal niemand. Ik pleit voor meer wetenschap op de buis, het komt er al zo bekaaid vanaf tegenwoordig. Ik word dus niet misselijk van wetenschap, ik word misselijk van altijd en overal die eeuwige bekende Nederlanders die ik niet blief.
En ik voel ook niet de behoefte om eens brie te proberen, of havermout.
Ik stond maar wat te drinken, wat te hangen. Ik dacht en keek en dacht wat om me heen. Niemand om me even op te vangen, Niemand bijzonder, niemand in het algemeen. Drie uur 's nachts, zeven januari. Het panter bloesje en de spijkerbroek. De armen bloot, de korte zwarte haren En ik stond daar ergens op de hoek. Ik heb stiekem met je gedanst, ik hoop dat je het leuk vond. Ik heb stiekem met je gedanst, stiekem met je gedanst. Ik denk niet, dat je me hebt zien staan kijken Ik was die jongen met die vage blik. Ik was die jongen die losjes wou lijken, niet te onschuldig en zeker niet te dik.
Ik heb gedanst zonder te bewegen, met een gemak zoals je zelden ziet Misschien is kom ik je morgen tegen. Misschien is het wel beter van niet.
Dit liedje wilde ik ooit nog eens loggen, en wel om drie uur snachts, zeven januari. Bij deze dus.